André Rieu en de mythe van de afgeschreven senior
Hoe een 75-jarige dirigent ons helpt begrijpen wat er mis is met ons beeld van oudere werknemers
Hij is 75 jaar. Zijn agenda staat vol tot ver in 2026. Het Vrijthof in Maastricht? Jaar na jaar uitverkocht. André Rieu bewijst elke keer opnieuw dat leeftijd geen belemmering hoeft te zijn voor toprestaties. Terwijl wij in de HR-wereld nog altijd worstelen met 'leeftijdsinclusief beleid' en discussies over 'doorwerken na pensioen', laat deze maestro zien hoe krom onze kijk op oudere werknemers eigenlijk is.
De dirigent die niet weet wanneer hij moet stoppen
André Rieu begon zijn carrière niet op zijn 70e. Hij bouwde decennialang aan zijn succes, perfectioneerde zijn vak, en bereikte op latere leeftijd pas zijn absolute hoogtepunt. Zijn energie op het podium, zijn precisie als dirigent, zijn vermogen om een publiek van duizenden mensen te boeien – het lijkt eerder toe- dan afgenomen in de loop der jaren.
Toch zou Rieu in veel organisaties inmiddels al jaren 'senior' worden genoemd. Een eufemisme dat vaak verhult wat we werkelijk denken: te oud, te duur, te weinig flexibel. We zouden hem waarschijnlijk hebben geadviseerd om 'de overgang naar een meer adviserende rol' te maken. Of hem hebben voorgesteld voor een 'vitaliseringsprogramma'.
Het probleem met onze verbeelding
Het echte probleem zit niet in de leeftijd van onze werknemers. Het probleem zit in onze verbeelding. We hebben onszelf ervan overtuigd dat productiviteit een houdbaarheidsdatum heeft. Dat creativiteit verdampt na je 60e. Dat energie een privilege is van de jeugd.
Deze denkfouten kosten ons niet alleen talent, ze kosten ons ook geld. Nederland vergrijst razendsnel, en tegelijkertijd hebben we een eklatant tekort aan geschoolde arbeidskrachten. We kunnen het ons simpelweg niet veroorloven om mensen af te schrijven op basis van hun geboortejaar.
Van uitzondering naar regel
André Rieu is geen uitzondering. Bruce Springsteen vulde op zijn 75e nog altijd stadions en tourde maandenlang door Europa met de energie van een twintiger. Onze eigen minister-president Dick Schoof begon op zijn 67e aan een van de meest veeleisende banen van het land. Warren Buffett bestuurde op 94-jarige leeftijd nog altijd een van 's werelds grootste beleggersfondsen.
Dit zijn geen superhelden. Dit zijn mensen die het geluk hadden te werken in omgevingen waar hun ervaring werd gewaardeerd in plaats van gevreesd.
De huisartsen van Enschede: noodzaak en passie
Maar misschien wel het mooiste voorbeeld komt uit Enschede. Drie huisartsen – Ton Davids, Rob Vrenken en Peter Kroeze – zijn allemaal bijna 70. Ze zouden allang met pensioen kunnen zijn. In plaats daarvan hebben ze samen een gloednieuwe praktijk opgericht.
Waarom? Omdat er na hen niemand zou zijn om 12.000 patiënten over te nemen. "Moreel heb je daar een ander gevoel bij", zegt Kroeze. "Je hebt een hele groep mensen waaraan je gehecht bent geraakt. Die wil je niet voor de leeuwen gooien."
Het is een verhaal dat veel zegt over wat we missen wanneer we oudere werknemers te snel afschrijven. Deze mannen beschikken niet alleen over de medische kennis die ze in vier decennia hebben opgebouwd. Ze hebben ook de ervaring, het geduld en – misschien wel het belangrijkst – de betrokkenheid die ontstaat wanneer je werkelijk goed bent in wat je doet.
Hun nieuwe praktijk is geen noodoplossing. Het is een professionele organisatie die ruimte biedt aan 7400 patiënten, met een manager die actief zoekt naar opvolging. "De assistentes kennen de patiënten, de administratie is op orde. Een nieuwe arts hoeft alleen maar achter het bureau te zitten", legt Kroeze uit.
Wat we kunnen leren
Deze voorbeelden – van Rieu tot de Enschedese huisartsen – leren ons drie belangrijke lessen:
Ten eerste: Meesterschap kent geen vervaldatum. Rieu is niet succesvol ondanks zijn leeftijd, maar mede dankzij zijn leeftijd. Vijftig jaar ervaring als musicus, dertig jaar ervaring als ondernemer – dat laat je niet zomaar achter in de kleedkamer. Hetzelfde geldt voor ervaren artsen die weten hoe ze met patiënten moeten omgaan.
Ten tweede: Passie is de beste brandstof. Wat deze mensen energie geeft, is niet hun biologische leeftijd, maar hun liefde voor wat ze doen en hun betrokkenheid bij de mensen die ze dienen. Mensen die met plezier werken, presteren beter. Ongeacht hun leeftijd.
Ten derde: Ervaring schept verantwoordelijkheid. De Enschedese artsen hadden kunnen stoppen. In plaats daarvan voelden ze zich verantwoordelijk voor hun patiënten. Die combinatie van kunnen én willen is goud waard.
De kosten van kortzichtigheid
Organisaties die vasthouden aan leeftijdsvooroordelen betalen een hoge prijs. Ze verliezen niet alleen ervaren medewerkers, ze verliezen ook de kennis, de netwerken en de wijsheid die deze mensen hebben opgebouwd.
Bovendien creëren ze een cultuur waarin leeftijd wordt gezien als een bedreiging in plaats van als een kracht. Dat is gif voor de motivatie van alle werknemers – niet alleen de oudere.
De Nederlandse realiteit
Het verhaal uit Enschede illustreert een bredere Nederlandse realiteit. We hebben een tekort aan geschoolde professionals in vrijwel elke sector. Tegelijkertijd sturen we mensen met decennia ervaring naar huis omdat ze een bepaalde leeftijd hebben bereikt.
Het is een luxe die we ons niet meer kunnen veroorloven. En het is ook onnodig. Want zoals André Rieu, Dick Schoof en de drie huisartsen uit Enschede bewijzen: de beste jaren kunnen ook de latere jaren zijn.
Een andere melodie
Het wordt tijd voor een andere melodie. Een die niet draait om leeftijd, maar om bijdrage. Een die niet gefocust is op wanneer mensen zouden moeten stoppen, maar op hoe ze het beste kunnen beginnen.
André Rieu laat zien dat talent geen vervaldatum heeft. Bruce Springsteen bewijst dat energie een keuze is. De huisartsen uit Enschede tonen aan dat verantwoordelijkheid en ervaring een onverslaanbare combinatie vormen.
Het is tijd dat we die les ook toepassen op onze werkvloeren. Want wie weet wat voor prachtige muziek er ontstaat wanneer we mensen de ruimte geven om hun beste zelf te zijn – op elke leeftijd.